Vorige paginaVolgende pagina Print
a a a

Werkplaatsbezoeken

In de eerste maanden van dit jaar zijn alle deelnemende organisaties bezocht. Tijdens inspirerende bijeenkomsten hebben we gezamenlijk gekeken naar de kenmerken van de participerende ouderen binnen de specifieke organisatie en deze vergeleken met de gehele groep deelnemende ouderen. Er is gesproken over wat deze informatie betekent, en hoe de informatie kan worden gebruikt en waarmee de organisaties aan de slag willen om hun zorg- en dienstverlening hier beter op aan te laten sluiten. 

Betere huisartsenzorg door systematisch verzamelen van informatie 

Huisarts Herman Wisselink uit Deventer gaat de vragenlijsten uit het transitieproject inzetten in zijn praktijk. De zorg wordt er beter van, terwijl de kosten kunnen afnemen. 


Hij besloot deel te nemen aan het transitieproject, omdat hij op zoek was naar manieren om zijn werk als huisarts verder te verbeteren. En daartoe stelt het project hem nu al in staat, stelt huisarts Herman Wisselink uit Deventer vast. ‘Het is mooi dat boven tafel komt hoe ouderen hun kwaliteit van leven beoordelen. Hoe belangrijk ze het vinden goed te slapen, te eten en te drinken bijvoorbeeld. Daar had ik het eerder ook wel over met mijn patiënten, maar ik had geen instrument om dit soort zaken goed vast te stellen.’

Het triage-instrument helpt Wisselink om beter zicht te krijgen op zijn patiënten. Naast de vragenlijst over kwetsbaarheid, die hij ook al voor zijn deelname aan het transitieproject gebruikte, gaat de huisarts de vragenlijsten over zorgcomplexiteit en welbevinden daarom structureel inzetten in zijn praktijk – bij alle ouderen.
‘Dit is de kant die het op moet met de ouderenzorg,’ aldus Wisselink.

‘We moeten veel systematischer in kaart brengen hoe het met ouderen gaat. En wat ze er zelf van vinden. Daardoor kunnen we problemen eerder signaleren en voorkomen.’
Aanvankelijk kostte het Wisselink en zijn assistentes enige moeite om oudere patiënten te motiveren om de uitgebreide vragenlijsten in te vullen. Maar nu die eerste horde genomen is, blijkt dat veel ouderen deelname aan het project zeer waarderen. Wisselink: ‘Veel ouderen zijn met hun gezondheid bezig. De extra aandacht doet ze goed.’ De extra tijd die in ouderen wordt geïnvesteerd, betaalt zich uiteindelijk terug, meent de huisarts. ‘Er is vast en zeker een kostenreductie mogelijk. Als de huisartsen voorziening beter gaat functioneren, zal er minder tweedelijns zorg nodig zijn.’

Het transitieproject wijst op het belang van het systematisch verzamelen van informatie, meent Wisselink. Bij “ouderenzorg nieuwe stijl” hoort volgens hem ook een intensievere samenwerking tussen huisarts en mantelzorgers, paramedici en personeel van verzorgingshuizen en thuiszorg.
‘De artsenorganisaties wijzen ook al op het belang van multidisciplinaire samenwerking in de ouderenzorg. Maar er komt veel af op de gemiddelde huisarts en niet voor iedereen heeft dit evenveel prioriteit. Het is van belang dat er handzame instrumenten worden ontwikkeld die huisartsen helpen om, onder meer, het welbevinden van oudere patiënten in kaart te brengen.’ 


Foto: Herman Wisselink