Vorige paginaVolgende pagina Print
a a a

5e Subsidieronde NPO
 

De 5e subsidieronde van het Nationaal Programma Ouderenzorg is van start. Deze ronde richt zich op gezamenlijk werken aan integrale zorg en op uitbreiding en borging van de bestaande netwerken. De acht netwerken van het NPO kunnen hiervoor een voorstel indienen. Met de 5e subsidieronde komt het programma in een nieuwe fase. De laatste anderhalf jaar zijn aangebroken en dus is het tijd na te denken over de periode na het programma. Hoe zijn de netwerken van plan verbeteringen vast te houden, verder te gaan en zich in de regio uit te breiden? 

Voor de 5e subsidieronde heeft de programmacommissie twee lijnen benoemd:


Lijn 1: Uitbreiding en borging van bestaande UMC geïnitieerde netwerken


Het Nationaal Programma Ouderenzorg heeft als doel het realiseren van meerwaarde voor ouderen met complexe problematiek. Een meerwaarde primair voor de oudere zelf: een integraal zorg- en ondersteuningsaanbod op maat dat leidt tot een betere zelfredzaamheid, meer functiebehoud, minder zorggebruik en minder zorg/behandelbelasting. Meerwaarde is ook mogelijk op het niveau van organisaties en beroepsbeoefenaren en voor de maatschappij, omdat een goed functionerende ouderenzorg naar verwachting zal leiden tot een betere zorg voor gelijke of mindere kosten.

Het Nationaal Programma Ouderenzorg kent een aanpak onderverdeeld in drie kernelementen:

  • Het opzetten van een organisatorische infrastructuur
  • het binnen de regionale netwerken uitvoeren van experimenten en projecten.
  • Het verspreiden en implementeren van opgedane kennis.

De eerste twee elementen hebben de afgelopen jaren vorm gekregen. De acht UMC’s hebben het voortouw genomen in de vorming van de netwerken ouderenzorg. Binnen de regionale netwerken zijn transitie-experimenten en projecten ontwikkeld. Deze experimenten leveren ons waardevolle informatie over hoe de zorg ge(her)organiseerd moet worden om in het land de beloofde meerwaarde voor ouderen met complexe problematiek te bereiken. Vanaf 2012 verwachten we de eerste resultaten uit deze experimenten en projecten.

Lijn 1 komt voort uit de doelstelling om bestaande netwerken verder in de regio uit te breiden en ze voort te laten bestaan na de periode van het Nationaal Programma Ouderenzorg.
De programmacommissie van het NPO vindt het belangrijk dat de netwerken hun verantwoordelijkheid nemen voor implementatie en borging van de resultaten van het programma. Daarom vraagt de commissie elk netwerk, voor 16 november 2010 een plan in te dienen met daarin in ieder geval aandacht voor:

  • de huidige stand van zaken van het netwerk en de omgeving;
  • korte termijn doelen en activiteiten om in de regio uit te breiden en al te werken aan borging;
  • ambities voor de langere termijn.

Lijn 2: Gezamenlijk werken aan integrale zorg


De netwerken moeten meer met elkaar gaan samenwerken aan integrale zorg. Bijvoorbeeld door kennis te delen en landelijk te werken aan betere ouderenzorg. De netwerken zijn hierover apart geïnformeerd.

De vraag aan de netwerken is om in eerste instantie beknopt aan te geven in een gezamenlijk plan van aanpak hoe men gezamenlijk wil gaan werken en aan welke thema’s, en hoe de experimenten en projecten hieraan bijdragen.
Voor 16 november dient dit, beknopte, gezamenlijke plan te worden ingediend bij ZonMw. 
In februari 2011 verwacht ZonMw vervolgens een uitwerking van dit gezamenlijke plan van aanpak om te komen tot een programma van eisen en bouwstenen per thema.  

Voor meer informatie: www.nationaalprogrammaouderenzorg.nl